‘Saai stampen hoort er ook gewoon bij’

16 februari 2024 • 14:57

Van 9 t/m 17 maart 2024 vindt de ‘Week van de Hoogbegaafdheid’ plaats. Midden in deze week – op 13 maart 2024 – organiseert de projectgroep begaafdheid van SPPOH de conferentie ‘Begaafdheid en inclusiever onderwijs; wat kan jij doen?’ De middagconferentie is bij te wonen door leerkrachten, IB’ers en directies van PO-scholen. Ook zijn medewerkers van zorgverlenende instanties uit de regio Den Haag van harte welkom. In de aanloop naar de conferentie plaatsen we interviews met de sprekers op deze website. 

Meld je hier aan voor de conferentie.

De overstap van begaafde leerlingen van het PO naar het VO verloopt niet altijd soepel. Wanneer een leerling obstakels ervaart bij deze overstap kan dit leiden tot sociaal-emotionele problemen, minder goede prestaties of zelfs schooluitval. We spreken erover met Claire Vromans, beleidsadviseur bij het samenwerkingsverband SWVZHW.

Misverstanden wegnemen. Dat is misschien wel de belangrijkste missie van Claire Vromans en haar collega’s van andere samenwerkingsverbanden, zowel van PO als VO. Zelf zit Claire aan de VO-kant, dus ze heeft met name veel contact met middelbare scholen, waaronder het Gymnasium Novum uit Voorburg, waar veel begaafde leerlingen naartoe komen.

Claire: “Als een leerling de overstap gaat maken naar het voortgezet onderwijs, dan zijn basisscholen geneigd te denken: wat fijn dat de leerling deze stap gaat maken, want op het VO krijgt hij helemaal op zijn eigen niveau les. En ook de ouders denken dat. Maar in de praktijk blijkt dat vaak helemaal niet zo te zijn, bijvoorbeeld omdat de executieve vaardigheden nog niet goed ontwikkeld zijn, of omdat ze begrijpend lezen nog niet goed onder de knie hebben. Het misverstand dat hieronder zit, is dat je geneigd bent te denken dat deze kinderen het wel redden omdat ze zo slim zijn. Maar zo werkt het jammer genoeg niet bij begaafde leerlingen.”

Tafels stampen
Een ander probleem waar middelbare scholen tegenaan lopen, is dat begaafde leerlingen vaak onvoldoende hebben leren automatiseren, zegt Claire. “Er zijn scholen die onvoldoende op de hoogte zijn van het hele onderwijs rondom begaafde leerlingen, dus die zeggen: je kunt versneld door het rekenonderwijs en de tafels hoef je niet oefenen. Maar leerlingen moeten soms ook gewoon saaie dingen doen en herhalen hoort daar bij. Doen ze dat niet, dan lopen ze op de middelbare school vast, zo merken ze onder andere bij Gymnasium Novum.”

Betere voorlichting aan PO-scholen, leerlingen en ouders over de werking van de hersenen zou misverstanden kunnen wegnemen, denkt Claire. “Dan kun je uitleggen dat wiskunde niet alleen gaat om het maken van complexe berekeningen, maar dat het ook belangrijk is dat je hersenen een bepaalde ontwikkeling doormaken. Leren automatiseren is onderdeel van die ontwikkeling, dus in die zin niet iets wat je zomaar kunt overslaan. Dit geldt trouwens ook voor andere vakken, zo kun je spelling ook niet zomaar overslaan.”

Overdracht cruciaal
In sociaal opzicht kunnen er problemen optreden bij begaafde leerlingen die hun basisschooltijd voornamelijk met peers hebben doorgebracht, bijvoorbeeld omdat ze op een school voor voltijds begaafdheidsonderwijs hebben gezeten. Claire: “Voor die leerlingen is het vaak moeilijk om aansluiting te vinden bij andere leerlingen, waardoor ze ook vast kunnen lopen. Gelukkig zetten ook steeds meer middelbare scholen in op de vorming van peergroepen, zodat leerlingen kunnen optrekken met peers met een gelijk ontwikkelingsniveau.”

De overdracht is cruciaal om misverstanden te voorkomen en de overstap zo soepel mogelijk te laten verlopen, zegt Claire. “Het is belangrijk dat het dossier en onderwijskundig rapport zo volledig mogelijk zijn. Dat je aangeeft wat er voor inzet is gepleegd, welke tests zijn gedaan. En ook dat je goed aangeeft hoe het gesteld is met de sociaal-emotionele ontwikkeling. Op die manier kan de VO-school anticiperen op de komst van de leerling.”

Gelukkig zijn er op VO-scholen steeds meer mogelijkheden voor extra ondersteuning voor begaafde leerlingen. “Daar zit echt een ontwikkeling in. Je ziet steeds meer VO-scholen met HB-coördinatoren, die groepsgewijs of individueel met leerlingen aan de slag gaan. Dat is een goede ontwikkeling, want ook op die manier wordt de begaafde leerling beter opgevangen en geholpen.”

SWVZHW en SPPOH trekken ook steeds vaker gezamenlijk op in projecten rondom begaafdheid, zegt Claire. De samenwerkingsverbanden hebben ook het plan om een gezamenlijke kenniskring op te zetten voor PO- en VO-scholen. “In de praktijk zie je al dat er samengewerkt wordt. Zo zijn er een aantal PO- en VO-scholen die een gezamenlijke subsidieaanvraag hebben ingediend. Dat is een ontwikkeling die we enorm toejuichen.”

Foto: Claire Vromans