Van ‘ik’ naar ‘wij’

18 juni 2024 • 14:38

VERSTERKEN EN VERDIEPEN BASISONDERSTEUNING

Sinds 2020 is het voor basisscholen mogelijk om expertise vanuit het speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs in te zetten die gericht is op het versterken en verdiepen van onderdelen van de bestaande basisondersteuning (AB-diensten). Hoe verlopen deze trajecten in de praktijk? We spreken erover met Peter de Haan (OBS Bohemen Kijkduin), Moesin Laghmich (Kindcentrum Cascade), Ulbe Spaans (De Loodsboot) en Renske van Amerongen (SBO Het Avontuur/De Aventurijn).

Hoe ga je om met leerlingen die moeilijk gedrag laten zien? Dat was de vraag die leefde bij Moesin Laghmich van Kindcentrum Cascade. “Een leerling doet vervelend. Je stuurt hem of haar de klas uit en that’s it. Gechargeerd gezegd was dat de fase waar we in zaten”, vertelt hij.”
Toen Renske van Amerongen van Expertisecentrum Aventurijn voor een ander onderwerp op bezoek was bij Kindcentrum Cascade, raakten zij en Moesin aan de praat. Ze besloten met elkaar in zee te gaan.
Moesin: “Renske wees ons toen op het AB-traject dat je kunt inzetten. We hebben een gesprek gehad over wat nu precies onze hulpvraag was en vervolgens heeft Renske een traject voorgesteld.”
Renske: “We zijn ruim twee jaar geleden bij Cascade aan de slag gegaan, in eerste instantie via bekostiging vanuit SPPOH en vervolgens uit het budget van de school. Dit is relatief gezien vrij lang, maar duur en intensiteit kunnen erg verschillen per school. We kijken echt naar wat de school nodig heeft en stellen gaandeweg het traject ook vaak de plannen bij. We zeggen niet aan het begin: dit is het plan en dat blijft zo. Toch is er meestal wel wat tijd nodig. Het gaat namelijk over schoolontwikkeling en dat kun je niet even zomaar voor elkaar krijgen. Je moet veranderingen goed kunnen borgen.”
Moesin: “Uiteindelijk hebben we een kwaliteitskaart gedrag ontwikkeld, waarbij we precies beschreven hebben welke soorten gedrag we onderscheiden, hoe we daarmee omgaan en welke afspraken we daarover gemaakt hebben. Het leuke is dat we ook de leerlingen bij dit traject hebben betrokken. We hebben ze gevraagd hoe we ons onderwijs nog leuker kunnen maken. Een van hun voorstellen was om een time-in in te stellen. We hebben een speciaal hoekje in de klas ingericht, met een bankje en kussens waar leerlingen zich even terug kunnen trekken als ze daar behoefte aan hebben. Mooi toch?”
Renske: “Ontzettend belangrijk bij deze trajecten is dat het consequent in de hele school wordt doorgevoerd en dat je het hele team meekrijgt.”

Het net ophalen
Ook Ulbe Spaans van De Loodsboot hamert er bij de trajecten die hij als gedragsspecialist begeleidt op dat er draagvlak moet zijn. “Ik organiseer altijd een teammoment aan het begin van een traject, dan vraag ik hoe iedereen erin staat en haal ik het net op. Zo kom je erachter hoe een onderwerp leeft binnen een team en kun je daarnaar handelen.”
Ulbe begeleidt een traject bij OBS Bohemen Kijkduin, waar Peter de Haan zijn contactpersoon is. “Ook wij hebben een traject rondom gedrag. Ulbe is in eerste instantie in alle klassen gaan observeren. Hij kwam al snel tot de conclusie dat we van ‘ik’ naar ‘wij’ moesten gaan. We hadden het zelf niet zozeer in de gaten, maar iedereen was veel te veel op z’n eigen eilandje aan het werk. We zijn met elkaar in gesprek gegaan, ook over concrete casussen. En gaandeweg merkten we dat we de leerlingen steeds meer gingen beschouwen als ‘onze’ leerlingen voor wie we een gezamenlijke verantwoordelijkheid voelen.”
Ulbe: “Het mooie is dat teams de lat vaak hoog leggen. Je leeft in je eigen bubbel, waardoor je moeilijk kunt vergelijken. Teams denken soms: we doen het slecht en dan kom ik kijken en dan zie ik waanzinnig goede leerkrachten. Dat is ook waardevolle feedback.”
Peter: “Moesin sprak net over het betrekken van de leerlingen. Minstens zo belangrijk is om ook de ouders mee te krijgen. We hebben een informatieavond georganiseerd waarvoor we Ulbe als spreker hebben uitgenodigd. Daar waren meer dan honderd ouders. Het is belangrijk dat ze weten waarmee we bezig zijn.”

Puzzel leggen
Renske zegt enorm veel plezier te hebben in deze trajecten. “Scholen stellen zich open en kwetsbaar op, dat vind ik al heel mooi. Het is ook spannend voor scholen, als team ben je toch een puzzel aan het leggen om met elkaar weer een stap verder te kunnen komen in de ontwikkeling. Want dat wil ik echt benadrukken: je doet het met elkaar.”
Zo ontwikkelen de AB-diensten zich steeds meer van hulp voor individuele leerlingen naar trajecten die voor de hele school relevant zijn. Door op die manier de basisondersteuning te verdiepen en te verbreden, verbeter je structureel de kwaliteit van het onderwijs. In plaats van een individuele leerling profiteert iedereen ervan, zo is de gedachte.
Renske: “We bespreken nu twee casussen die over gedrag gaan, maar het kan over allerlei onderwerpen gaan. Denk aan het zorgen voor een goede, doorlopende leerlijn, de vraag hoe je met nieuwkomerskinderen moet omgaan of het versterken van de basisondersteuning op het gebied van didactiek en cognitie.”
Ulbe: “Kansengelijkheid is ook zo’n actueel thema. We hebben in het onderwijs te maken met veel ongelijkheid. Dat probleem kun je niet zomaar even te lijf gaan met een paar losse ideeën, je zult daar echt beleid op moeten ontwikkelen. Ook daarin kunnen de AB-diensten een rol spelen.”

Interesse?
We willen met elkaar dat zoveel mogelijk kinderen in de eigen buurt of wijk naar school gaan. Sinds 2020 is het voor basisscholen mogelijk om expertise vanuit het S(B)O in te zetten die gericht is op het versterken en verdiepen van onderdelen van de basisondersteuning. Ben je geïnteresseerd in een trajectbegeleiding op school(ontwikkelings)niveau en heb je nog vragen? Kijk dan op deze pagina op de website of informeer bij je adviseur passend onderwijs. Deelname is kosteloos, maar er gelden wel een aantal voorwaarden.